De Amsterdamse Spinoza Kring wil Bento de Spinoza promoten als Boegbeeld van Amsterdam vanwege zijn filosofie die ook in onze tijd nog velen inspireert en troost biedt. Spinoza is in 1632 in Amsterdam geboren, is hier tot zijn revolutionaire denkbeelden gekomen en heeft het grootste deel van zijn leven hier gewoond.
Spinoza is opgenomen in de Canon van Nederland vanwege zijn belang als Verlichtingsdenker en zijn pleidooi voor vrijheid en democratie. Zijn radicale denken heeft invloed uitgeoefend op uiteenlopende latere denkers, wetenschappers en kunstenaars.
Spinoza sloot zich na zijn verbanning uit de synagoge in Amsterdam niet aan bij een andere religieuze gemeenschap maar vond een thuis in een kring van vrienden van diverse pluimage. Binnen deze kring werden Spinoza's ideeën doordacht, besproken en probeerde men ze in de praktijk te brengen. Daarbuiten stuitten zijn ideeën op weerstand. Het was ook niet ongevaarlijk om radicale ideeën te publiceren, zie het geval Koerbagh, die vanwege de publicatie van zijn ideeën tot dwangarbeid werd veroordeeld. Zijn denken vond dus in eerste instantie vooral in kleine kring en in het verborgene aanhang. De Amsterdamse Spinoza Kring ziet zichzelf als de moderne versie van Spinoza's vrienden. Door middel van cursussen, lezingen en studiegroepen, met een jaarlijks terugkerende debatdag rondom Spinoza's geboortedag, een Spinoza-wandeling, een Spinoza-tentoonstelling en zichtbaar en toegankelijk maken van zijn gedachtegoed in de buurt van zijn geboorteplek bij het huidige Waterlooplein. Spinoza moet het boegbeeld van Amsterdam worden!
Wat kunnen wij in deze tijd aan Spinoza hebben?
Spinoza helpt je bij het vinden van je levensgeluk en hij geeft je een volwaardig alternatief voor traditionele religies. Hij biedt een filosofie die het leven niet mystificeert maar het wil begrijpen zoals het werkelijk is. Spinoza ontzenuwt bijgeloof, omdat dat volgens hem schadelijk is voor de samenleving als geheel, maar ook voor jezelf. Hij waarschuwt voor de traditionele religies die gemakkelijk misbruikt kunnen worden om mensen te onderdrukken.
Religie is ook niet nodig om te weten wat goed en kwaad is. 'Goed' en 'kwaad' zijn altijd relatief en gekoppeld aan wat nuttig is voor de mens om voort te kunnen bestaan. Het is van groot belang voor ons om in een geordende, vreedzame staat te leven. De mens is onderdeel van de natuur en onderhevig aan de eeuwige natuurwetten in een tijdloos, oneindig universum, dat zich niet om de mens bekommert. God is voor Spinoza geen liefdevolle vader, maar simpelweg de oneindige, blinde kracht van de natuur. In dit kille universum geldt 'eendracht maakt macht' en 'samen sta je sterker' voor de mens.
Ieder levend wezen wil zichzelf handhaven en dat geldt ook voor de mens. Dit lukt het beste als je capaciteiten ontplooit en het beste uit jezelf en uit het leven haalt. Hiermee bewijs je ook anderen een grote dienst en worden ook zij gestimuleerd om hetzelfde te doen. Dit is volgens Spinoza geluk.
Dit gaat het best onder leiding van de rede, want door de wetten van de natuur en ook onszelf te begrijpen, hebben we de beste garantie hebben op voortbestaan en geluk. Onze emoties kunnen hierbij de verkeerde weg wijzen, waardoor we ons hoogste belang uit het oog verliezen. Als je de emoties niet ontkent of onderdrukt maar juist probeert begrijpen, verliezen ze hun destructieve kracht.
Iedereen streeft zijn eigen belangen na. De staat, die er in slaagt zoveel mogelijk mensen zonder schade voor elkaar hun eigen belangen te laten nastreven is stabiel, omdat mensen geen reden hebben zich te verzetten. De staat schept de kaders, wetten en gedragsregels, waarbinnen ieder zoveel mogelijk zichzelf kan zijn. De democratie is volgens Spinoza de meest effectieve staatsvorm om hier zoveel mogelijk belangen vertegenwoordigd zijn en de burgers het kenbaar kunnen maken als hun belangen in het gedrang komen. Vrijheid van meningsuiting is voor Spinoza dan ook essentieel voor een stabiele en vreedzame staat.
Ook al ben je niet eens met de besluiten, je moet je wel altijd aan de wet houden, omdat je als individu de samenleving nodig hebt. De wetten gaan over gedrag, niet over het hebben of uiten van een mening. Religieuze gemeenschappen in Spinoza's tijd zagen graag dat de staat bepaalde meningen zou verbieden, maar Spinoza vond dat onverstandig. Ieder zal zijn eigen weg gaan, zich zelf ontwikkelen en die kennis bereiken die voor hem mogelijk is.
Spinoza's filosofie is ook in een ander opzicht democratisch. In tegenstelling tot tot veel klassieke filosofen met een elitaire inslag, gaat Spinoza ervan uit dat ieder mens in staat is om volwaardig lid te zijn van de samenleving om dat hij of zij zelf kan beoordelen wat goed voor hemzelf en anderen. Spinoza erkent dat er verschillen zijn in intellectuele en andere capaciteiten, maar juist omdat wij onderdeel zijn van de natuur, zijn we als het ware gedwongen om naar ons geluk te streven samen met anderen en alles wat daaraan afbreuk, zoals haat, jaloezie en fanatisme, af te wijzen. De filosoof, bij wie dit streven op inzicht is gebaseerd, heeft het voordeel dat het stabieler en vaster is.
Het goed doe je niet om beloond te worden na je leven, maar in dit leven door een grotere zelfverwerkelijking en levensgeluk voor jou en voor zoveel mogelijk anderen.