Henri Krop schreef een reactie nav. een artikel in het Parool van 20 maart waarin een weerslag van een gesprek met Victor Kal, de schrijver van 'De list van Spinoza'.
Een korte versie van deze ingezonden brief haalde de krant. (zie afbeelding)
Hieronder de eerst verstuurde langere versie van Henri Krop:
-----------------------
Spinoza: boegbeeld of angstbeeld van Amsterdam?
In het Parool van zaterdag 20 maart stond een interview met Victor Kal, de schrijver van het recent verschenen De List van Spinoza. Volgens hem was de zeventiende-eeuwse filosoof Spinoza een theoreticus van het fascisme, die een gelijkschakeling van alle burgers voorstaat: een voorbeeld voor Trump, Baudet en Poetin maar niet een inspiratiebron voor Biden, Rutte, of onze burgemeester. Deze politici willen geen ‘redder van het volk’ zijn, maar meerderheden zoeken achter een bepaald beleid. Spinoza is een manipulator, zo beweert Kal, die stelselmatig en listig zijn werkelijke bedoelingen achter mooie woorden verhult en ‘een leider voorstaat, die het volk aan zich weet te binden met een verhaal, waarin hij als de redder verschijnt.’
Het is inderdaad waar dat volgens Spinoza de geschiedenis vele leiders kent die de godsdienst als een mythe gebruiken om het volk koest te houden. Koningen hebben bijvoorbeeld geprobeerd, zo schrijft hij, ‘de mening te laten post vatten dat zij van de goden afstammen’ . Het oude Israël kende een theocratie, waar ‘de wetten van de staat’ en de goddelijke wetten samenvielen. Ook daar wierpen de leiders zich op als de spreekbuis van God.
Met deze observatie is Spinoza nog niet een theoreticus van het fascisme en de associatie van zijn naam met vrijzinnigheid en tolerantie een vergissing, want zo’n vermenging van politiek en religie is geen goed idee. In Spinoza’s eigen woorden: ‘In Amsterdam leven alle mogelijke mensen van iedere natie en geloofsrichting met de grootst mogelijke eendracht samen.’ Dat kan, omdat in het maatschappelijk verkeer hier niet van belang is wat men denkt, maar of ‘men te goeder trouw handelt’. ‘Geen geloof is zo gehaat dat zijn aanhangers niet onder de bescherming staan van de overheid, wanneer ze volgens de wet leven.’ Een vrije samenleving als Amsterdam in de 17e eeuw - en nu - is alleen mogelijk is als de wet voor iedereen geldt, de overheid incluis. Spinoza pleit voor een overheid die de burgers ‘niet door angst aan te jagen tot slaaf maakt’, maar hen vrijmaakt zodat zij de mogelijkheid hebben ‘zich te doen gelden’. Het standbeeld van Spinoza bij de Stopera met het opschrift ‘het doel van de staat is de vrijheid’ vat zijn ideeën wel degelijk goed samen. Daarom propageert de Amsterdamse Spinoza kring Spinoza als een boegbeeld van onze stad.
Spinoza vindt mythen die een leider als redder van de natie schetsen schadelijk en noemt een samenleving waar alle neuzen dezelfde kant opstaan een perverse illusie. Simpelweg, omdat mensen verschillend zijn, is het onverstandig de politiek aan een Leider toe te vertrouwen, zoals het fascisme wil, want dat sluit mensen of groepen uit. Spinoza pleit voor een politiek die de burgers betrekt bij de besluitvorming, want alleen dan zijn ‘onredelijke besluiten het minst te vrezen’. Zijn antwoord op het ‘fascisme’ en populisme van nu zou niet zijn, zoals Kal zegt, ‘een op de juiste wijze opgevatte religieuze wet’, maar een politiek, die van het streven van ieder mens naar vrede én vrijheid uitgaat.
Henri Krop, secretaris van de Amsterdamse Spinoza Kring
------------
linkje artikeltje Parool: